Nadat we onze boeking bij bevestigd hadden gekregen, oriënteerden we ons op de plek waar we heen zouden gaan: Andalusië. Deze meest zuidelijke regio van Spanje zou een grote historische rijkdom bezitten. Ook het volk zou kleurrijk en gastvrij zijn.

Voor de zekerheid namen we een Nederlands-Spaans woordenboek mee. Ondanks dat we op internet lazen dat de Engelse taal over het algemeen goed wordt ontvangen. Wij kunnen het zelf ook altijd erg waarderen als toeristen de moeite doen om Nederlands te spreken.

Wat er allemaal te zien zou zijn, was enorm. We hadden natuurlijk geboekt voor een rondreis dus zouden ook echt enorm veel gaan bekijken. Deze vakantie beloofde een zeer bijzondere ervaring te worden, dit hadden we al van onze vrienden vernomen die eerder met Stip hadden rondgereisd.

Zonnige warmte

In Andalusië schijnt het altijd mooi weer te zijn. Het was er inderdaad warm, maar ook droog. Dat flesje water dat we dagelijks vulden was in het geheel niet overbodig. Vooral tijdens de tussentijdse routes in de bus gaf het water ons de juiste verkoeling.

En dan zie je in zo’n land wel duidelijk de invloed die de zon op mensen heeft; we hebben bijna alleen maar kleurrijke kleding gezien. Daarbij zijn de straatstenen in de steden veelal in de kleur terra, wat ons helemaal een zonnig gevoel gaf.

Ogen tekort

Continu had Stip weer een andere bezichtiging voor ons gepland. Gelukkig hadden we ook vaak tijd voor onszelf en moesten we alleen op een bepaald tijdstip terug bij de bus zijn. Mijn vrouw en ik zijn gek op grote gebouwen, we haalden beide ons hart op!

Wij dachten altijd dat Spanje een land op zich was, maar daarbinnen vallen nog allemaal regio’s, waaronder Andalusië. En Andalusië is ook weer onderverdeeld in 8 provincies. Eén daarvan is Córdoba.

Imposante gebouwen

In Córdoba staat een reusachtige moskee, die stamt uit de 10de eeuw. Tijdens de Gouden Eeuw was Córdoba een zeer welvarende stad en dat is volop terug te zien in de straten en gebouwen. De dag ervoor waren we overigens in Sevilla, dat ik bijna zou vergeten te noemen.

Hier waren mijn vrouw en ik echt op onze plek. Wat een schitterende historie vind je daar. Sevilla blijkt het grootste historisch centrum van Europa te hebben! Vooral toen we de kathedraal van Sevilla binnenliepen, keken we onze ogen uit. Het retabel achter het hoofdaltaar is deels gemaakt door de Vlaamse houtsnijder Peter Dancart.

‘Witte dorpen’

Naast de Sevillaanse kathedraal waren mijn vrouw en ik onder de indruk van de ‘witte dorpen’. Ik weet uit mijn hoofd even niet meer welke dag het was dat we daar waren. De provincie heette in elk geval Jerez de la Frontera. Het is heel bijzonder om te zien hoe de bevolking hier nog leeft volgens de vroegere tradities.

Hier worden Iberische en Moorse tradities nog steeds voortgezet, terwijl het merendeel van aangrenzende dorpen inmiddels zijn omgetoverd tot toeristische badplaatsen. In deze ‘witte dorpjes’ komt ‘het welzijn van de landbouw’ veelal ter sprake.

Voor herhaling vatbaar

Zodra we nog eens kunnen, qua geld en tijd, gaan we vast en zeker nog eens zo’n rondreis maken. Misschien dat we dan enkele plekken overslaan van waar we nu met Stip Reizen waren.

Zo is er altijd wel iets waar je niet op zit te wachten wanneer je met een groepsreis mee bent. Mogelijk dat we ooit nog eens met onze eigen camper naar Andalusië afreizen. Om dan eens écht gebruik te maken van de Spaanse taal en niet telkens terug te hoeven kijken in het Nederlands-Spaans woordenboek.